Hoeveel worpen zeug?

Het gemiddelde vervangingspercentage op zeugenbedrijven ligt al tientallen jaren tussen de 40 en 45 procent. Dat betekent dat een gemiddelde zeug nauwelijks meer dan zes worpen heeft grootgebracht voor ze wordt afgevoerd.

Lees verder

Hoeveel worpen heeft een varken per jaar?

Deze krijgen gewoonlijk één of soms twee worpen per jaar met zo rond de zes biggen. Echter, de overlevingspercentages die worden gerapporteerd zijn variabel en vallen soms erg tegen omdat de overleving afhankelijk is van onder andere klimaat en beschikbaar voedsel. Hoe vaak krijgt een zeug biggen? Zo'n vier tot vijf dagen nadat de biggetjes gespeend zijn, wordt de zeug meestal berig en opnieuw bevrucht. Een zeug in de vee-industrie is dus bijna continu zwanger en werpt 2,4 keer per jaar.

Bovendien, hoe lang blijft een big bij de zeug?

Samen blijven de zeug en haar biggen 6 weken in het kraamhok. Als de biggen minimaal 40 dagen oud zijn, worden de biggen gespeend. Dit in overweging nemend, hoe vaak werpt een varken? De varkenshouderij

Zeugen worden gemiddeld 2 tot 2,5 jaar aangehouden om biggen te werpen. Jaarlijks werpt een zeug gemiddeld 2 keer 12 tot 15 biggen. De biggen worden vetgemest om op een leeftijd van zo'n 6 maanden naar het slachthuis te gaan.

Dus, hoeveel biggen krijgt een varken gemiddeld per worp?

Zeugenmoeders krijgen doorgaans per worp zo'n 12 tot 16 biggen. Bij iedere toom zitten gemiddeld 1 tot 2 biggen die de slachtleeftijd niet zullen halen: de een wordt dood of te verzwakt geboren, de ander verongelukt op zeer jonge leeftijd doordat hij onder zijn moeder terecht komt (doodliggen). Dit in overweging nemend, hoe oud wordt een varken ongeveer? In goede omstandigheden kan een zeug wel twintig jaar oud worden. In het moderne fokkerij-systeem worden de meeste zeugen amper vier jaar oud. Na een zestal worpen stijgt het aantal doodgeboren biggen. De zeug wordt 'afgevoerd' naar het slachthuis en vervangen door een nieuwe fokzeug.

Per dier is tenminste de volgende oppervlakte beschikbaar: tot 15 kg: 0,20 m² van 15 tot 30 kg: 0,30 m² van 30 tot 50 kg: 0,50 m² Wat is de Worpindex? De worpindex (het aantal worpen/zeug/jaar) wordt beïnvloed door de cyclusduur. Factoren zoals de lactatieduur die afhangt van het gekozen wekensysteem, het interval spenen-bronst en het aantal verliesdagen beïnvloeden deze cyclusduur en aldus de worpindex.

Zeugen met biggen

De biggen, ook wel frislingen genoemd, worden geboren tussen februari en juni, maar de meesten worden in maart geboren. Een zeug krijgt meestal 4 tot 7 jongen tot een maximum van 12, net zoveel als het aantal tepels dat ze heeft.