Waar komen archaea voor?

Archaea staan bekend om hun extremofiele levenswijze: sommige soorten kunnen in bijzonder onherbergzame omgevingen leven. De meeste archaea komen echter voor in meer gematigde habitats, zoals in oceanen en bodems.

Lees verder

Welke groep organismen is autotroof?

Bijna alle planten en algen en enkele bacteriesoorten zijn autotroof. Wanneer een organisme door fotosynthese gebruikmaakt van zonlicht voor het verkrijgen van de benodigde energie, dan is het fotoautotroof. Vervolgens, wat is het verschil tussen een detrivoor en een reducent? Detrivoren zijn bijvoorbeeld mieren, mestkevers, regenwormen, paddenstoelen. Reducenten zoals bacteriën en lagere schimmels zijn beter aangepast aan het afbreken van vloeibaar organisch materiaal. Op dood (en soms op levend) hout levende paddenstoelen (bijvoorbeeld de berkenzwam) worden 'boomzwammen' genoemd.

Wat is de reactie van fotosynthese?

Bij de fotosynthesereactie zet de plant anorganische stoffen zoals koolstofdioxide en water met behulp van zonne-energie om in het organische, energierijke glucose. Hierbij komt ook zuurstof vrij. De plant kan deze zuurstof afgeven aan zijn omgeving. Trouwens, welke 3 rijken behoren tot de eukaryoten? Taxonomie en cladistiek

• Dieren (Animalia)
• Planten (Plantae)
• Schimmels (Fungi)
• Protisten (Protista)

Welke vier rijken behoren tot het domein van de eukaryoten?

De Eukaryoten werden in het vijf rijkensysteem onderverdeeld in vier rijken:

• dieren (Animalia)
• planten (Plantae)
• schimmels (Fungi)
• protisten (Protista)

Je kunt ook vragen welke drie kenmerken worden gebruikt bij het indelen van organismen in rijken? rijk Protisten: eencelligen met celkern (eukaryoten). rijk Planten: meercellige eukaryoten die hun eigen voedsel aanmaken door middel van fotosynthese. rijk Dieren of Animalia: meercellige eukaryoten die voedsel extern opnemen. Ze kunnen zich bewegen.

Je kunt ook vragen wat zijn biotische en abiotische factoren voorbeelden?

Alle organismen die in het ecosysteem leven zijn de levende of biotische factoren en zij vormen de levensgemeenschap. Voorbeelden van niet levende of abiotische factoren zijn de temperatuur, de hoeveelheid licht, de aanwezigheid van water, de samenstelling van de bodem, enzovoorts. Wat is de betekenis van abiotische factoren? betekenis & definitie. behoren tot het niet-levende milieu en beïnvloeden een organisme, bv., licht, temperatuur, vochtigheid, bodemgesteldheid, zoutgehalte, ➝eurybiont.

Wat verstaan we onder biotische factoren?

Elk levend wezen dat een invloed uitoefent op zijn omgeving is een biotische factor. Elk organisme speelt een rol binnen het ecosysteem en staat daardoor in relatie met andere organismen, zoals bijvoorbeeld een roofdier-prooi relatie. De biotische factoren zijn is dus het levende deel van het ecosysteem.